‘Drie maanden,’ zegt Jaxx, alsof hij haar gedachten raadt. Hij zit naast haar bed.
‘Het voelt als een dutje.’
‘Hier bestaat tijd niet echt. Jouw denken is aards, daar reageert je lichaam op.’
‘Maar, jij bent wel ouder geworden, Jaxx. De rimpels bij je ogen en mond zijn dieper.’
‘De eerste periode ben ik nauwelijks wakker geweest. Ik heb me er nooit volledig bij kunnen neerleggen met wat er is gebeurd, en weet exact hoe jij je voelt wat Torre betreft. Dit maakt mijn leeftijd zichtbaar.’
‘Dat klinkt logisch,’ moet ze toegeven.
‘Hoe vollediger de overgave. Hoe jonger je uiterlijk.’ Hij knipoogt.
‘Ik voel absoluut geen overgave. Een klein deel in mij is ongekend vredig en wil dit graag. Het overgrote deel wil vechten.’
‘Laat ik je eerst vertellen wat we hier doen.’ Jaxx neemt haar handen in die van hem. Skye wil ze terugtrekken, hij laat niet los. ‘Hoe meer je begrijpt, hoe korter het proces van overgang duurt.’ Hij pauzeert. ‘Of stopt. De uiteindelijke beslissing ligt natuurlijk bij jou.’
‘Kan ik terug?’ Ze hoort haar eigen hoop.
Een korte pijn flitst door zijn ogen, waardoor ze iets minder transparant lijken.
‘Sorry, Jaxx, ik wil je niet kwetsen.’ Ze voelt zich verscheurd. ‘Vertel me wat jullie hier doen,’ zegt ze iets meegaander. Daarna kan ze altijd nog beslissen. Ze had met Torre moeten meegaan, in plaats van zich overhoop te laten schieten door het “blik”, en snapt haar eigen beredenering niet meer. Ze had het best aangekund, daar is ze inmiddels van overtuigd. Van de uitzichtloosheid werd ze lamlendig en alle opgelegde regels, plus het feit dat ze jarenlang opgesloten zat. Daardoor leek de buitenwereld onoverzichtelijk en bedreigend.
‘We hebben niet zoveel tijd over,’ onderbreekt Jaxx haar gedachtegang.
‘Vanwege de aankomende verschuiving?’ Een rilling trekt door haar heen.
‘Klopt. Die heeft hier ook invloed. Omdat wij in balans zijn met alles om ons heen, zal het bij lange na niet de ravage aanrichten dan op aarde. Ons doel op dit moment is, zo veel mogelijk Zielen te bereiken, anders stagneert de groei. Zoals je ziet, ook enig zelfbelang.’
‘Een beetje eigen wil is er dus wel?’
‘Een vorm van “gezonde” dualiteit. Blijkbaar hebben we het nodig voor onze verdere ontwikkeling. Let wel, het dient altijd het grote belang. Op deze wereld heerst vrede en is er overvloed.’
Skye staart voor zich uit. Hier is het saai. Het idee dat Torre voor zijn leven moet vechten, hongerlijdt, misschien wordt opgepakt, of in het ergste geval; bevriest in de kou, daar kan ze zich niet bij neerleggen. Ze moet hem waarschuwen, dan kan hij zich voorbereiden, en hoort zichzelf zeggen. ‘Hier kan ik alleen gelukkig worden met Torre erbij. Ik wíl naar onze zoon!’
Skye ploetert de heuvel op. Regen vermengd met hagel striemt haar gezicht. De vrieskou knaagt aan haar botten, het dunne gewaad kleeft aan haar benen. Ze weet zeker dat Torre hier ergens is. Op een ander niveau voelt ze zijn nabijheid. Door het laaghangende wolkendek ziet ze geen hand voor ogen. Geen maan. Geen sterren. Nergens licht, of een teken van menselijk leven, ze herinnert zich de verduistering in de nachten. Altijd bedacht op aanvallen van buitenaf. Waarom eigenlijk? Buiten is het leven toch onmogelijk, beweerden ze altijd.
Waar is ze in godsnaam? Waar is Jaxx? Hij is dóód.
Zij dus duidelijk niet. Maar, hoe komt ze hier? Of heeft ze inmiddels zo’n manipulerende realitychip in haar hoofd, en probeert de staf haar knotsgek te maken. Skye wrijft haar gevoelloze handen tegen elkaar. Nee, een fictieve realiteit voelt vast niet zo echt. Haar adem snijdt in haar keel en longen, en komt in ijswolkjes uit haar mond. Ze strompelt voort, haalt haar tenen ergens aan open. Ze is blootsvoets. Allemachtig, zo vriest ze dood.
‘Torre,’ schreeuwt ze. Haar stem gaat in de storm verloren. Ze struikelt, en rolt zich op om de kou te weren. Nu is het écht met haar gebeurd. Moet ze zich op de parallelle wereld concentreren? Probeerde Jaxx haar dat te vertellen in haar droom?
‘Torre, waar ben je?’ roept ze. Eerst moet ze hém waarschuwen.
‘Skye?’ Sterke handen tillen haar op.
‘Torre?’ Ze grijpt zijn jas die stijf bevroren is. ‘Er komt een poolverschuiving.’ Hij moet het begrijpen voor ze deze aarde voorgoed verlaat.
Of is dit een droom! Wordt ze in een kunstmatige slaap gehouden? De leiding deed er proeven mee. Ook al werd het stellig ontkend.
Torres gezicht verdwijnt bijna in een grijze bontmuts, in zijn blik ziet ze ongeloof. Alsof hij naar iets kijkt wat niet bestaat. In een grot legt hij haar op de grond. De wind is hier iets minder ijzig.
‘Skye, waar kom je vandaan?’ Haar zoon knielt naast haar. ‘Ben je een projectie?’
‘Nee. Je kon me optillen … toch …?’ Ze trilt onbeheersbaar. ‘Ik voel jou wel …’ Haar tanden klapperen.
Hij schudt zijn hoofd. ‘Je zweefde met me mee. Het is gewoon onmogelijk dat je hier bent.’
Ze gaat het niet halen. ‘Jaxx …’, fluistert ze, iets van hem hangt om haar heen.
‘Jaxx is dood, Skye.’ Door zijn wilde baard lijkt Torre haast een vreemde, maar zijn vaders ogen zal ze altijd herkennen, ook al staan ze nu achterdochtig en zijn ze donkergrijs.
Haar kracht verlaat haar. ‘Waar zijn we?’ Haar stem klinkt van ver weg.
‘Voormalig Frankrijk. In de alpen. Een gebied van ruim 500 vierkante kilometer waar geen mens woont. Een grote ijsvlakte. Ik heb wacht en hoorde je schreeuwen.’ Hij staart haar aan alsof ze een spook is. ‘Je haar komt tot op je schouders, je lijkt op een engel,’ zegt hij met een zachtere stem. ‘Ik moest aan je denken en het volgende moment hoor ik je mijn naam roepen.’ IJspegels hangen aan zijn baard.
‘Als je het niet overleeft … denk aan je vader. Geloof in een nieuwe wereld, zonder oorlog.’ Ze streelt zijn ingevallen gezicht. ‘Torre, ik hou van je …’